Wat is een organisatiestructuur? | ||
Een organisatiestructuur is opgebouwd uit drie substructuren:
De functiestructuur (of het functiegebouw) beschrijft alle voorkomende functies binnen de organisatie. De personele structuur, beschrijft de personele bezetting van functies op de organisatie–eenheden. De organieke structuur tenslotte, beschrijft de vorm van organisatie eenheden binnen een organisatie. Deze structuur kennen we als ‘het organisatieschema’ of ‘de hark’ met daarin weergegeven de divisies, sectoren, afdelingen, teams enzovoorts.
|
||
|
||
|
||
Wat is een functiestructuur? | ||
De functies zijn veelal onderdeel van een formeel
bekrachtigd functiegebouw en hebben een arbeidsrechte-lijke
status. Functies zijn de basis van aanname,
arbeidsvoorwaarden en ontslag.
|
||
|
||
Wat is een personele structuur? | ||
De personele structuur gaat in de eerste plaats over de
verdeling van functie–aantallen en functieniveaus over
afdelingen.
|
||
Wat is een organieke structuur? | ||
Aan de basis van elke organieke structuur ligt de indeling
naar organisatiefuncties (F–indeling). Voor een normaal
productiebedrijf zijn dat inkoop, productie en verkoop,
aangevuld met ondersteunende functies personeel, financiën,
ICT en facility. Bij groei van de organisatie zien we een
splitsing in gelijksoortige eenheden vanwege de beperking in
span–of–control van de leidinggevende.
In onderstaand voorbeeld zijn alle indelingen toegepast. Daarbij is de functionele indeling (F–indeling) steeds als basis genomen. Gevolg is dat de onderliggende eenheden steeds een identieke functie hebben. De verkoopfunctie bijvoorbeeld, is voor alle regio’s en alle markten dezelfde.
|
||
Soorten organisatiestructuren | ||
Aan de basis van elke organieke structuur ligt
zoals gezegd de indeling naar organisatiefuncties
(F–indeling). Indien we van dit principe afwijken, en niet
de F–indeling als uitgangspunt nemen, ontstaat een divisie organisatie. Onder de directie (raad
van bestuur) en de staf vindt een indeling naar
geografische–, product, of marktdivisies plaats.
Een bijzondere variant is de matrix– of projectorganisatie. Het ‘gewone’ werk vindt in de reguliere afdelingen plaats. Voor het bijzondere werk worden tijdelijke projectgroepen in het leven geroepen, die dwars door alle afdelingen lopen. Het vaak onvoorspelbare en ad hoc karakter van de ‘dwarse’ projectverbanden zorgt voor veel besturingsproblemen in de matrixorganisatie. Zie verder voor deze problematiek.
|
||
|
||
|
||
|
|
|